Aanvraag begeleiding

De aanvraag van de basisschool voor extra ondersteuning in de vorm van ambulante begeleiding (AB) verloopt via het loket (zie http://www.berseba.nl/het-loket/werkwijze/). Wanneer ambulante begeleiding door het loket aan de basisschool wordt toegekend, wordt de aanvraag aan de secretaresse van de Dienst Ambulante Begeleiding Kapelle (DABK) doorgegeven. Zij krijgt toegang tot Kindkans en zet de leerlinggegevens in het archief van de DABK.

De teamleider bekijkt aan de hand van de aanvraag welke ambulant begeleider deze begeleiding gaat verzorgen.

Bij de verdeling van de AB-aanvragen wordt met de volgende punten rekening gehouden:

  • in principe maximaal twee ambulant begeleiders per school
  • indien nodig, een extra ambulant begeleider met een specialisatie op een bepaald gebied
  • beschikbare uren van de ambulant begeleider

Binnen één week wordt de aanvraag voor ambulante begeleiding gekoppeld aan de ambulant begeleider en binnen vier weken na toekenning van de aanvraag neemt de ambulant begeleider contact op met de school.

Het ZOZ-formulier (zie: Berseba – Zeeland – Het Loket) is het belangrijkste document voor de ambulant begeleider. Dit formulier geeft namelijk een goed beeld van de onderwijsbehoefte van de leerling. Met behulp van deze informatie gaat de ambulant begeleider samen met de leerkracht en de Intern Begeleider dieper in op de onderwijsbehoefte van de leerling.

Na het formuleren van de onderwijsbehoefte van de leerling worden doelen vastgesteld om te komen tot een goed onderwijsaanbod voor de leerling.  Aan de leerkracht wordt gevraagd welke ondersteuning van de ambulant begeleider daarbij nodig is.

Gewoon waar het kan... Speciaal waar het moet!